Een ‘akte van geloof’. Dat was de vorige maal waarmee we eindigden: een concrete, duidelijke uitspraak die we in geloof deden. Een belijdenis, waarmee we hardop David nazeiden. En die eindigde met de woorden:
Die God is ons een God van uitreddingen,
bij de HEER Heer zijn uitkomsten tegen de dood! (Psalm 68:20-21).
Dat geloven we. En dat geloof uitspreken is belangrijk. Daarmee eren we God en nemen we onze plaats in in de geestelijke wereld waarvan we deel uitmaken (1). Trouwens, het sterkt ons ook in ons geloof. En nog iets: Het heeft invloed!
Geloof is niet iets vanzelfsprekends. Geloof komt niet in je hart, ontstaat daar niet, omdat je zo’n geweldig iemand bent. Het wordt daar tot stand gebracht - gewekt - door God-zelf. Alleen Hij kan dat! En Hij doet dat, omdat Hij dat wil! (2) En vanuit ons hart verschijnt het dan in onze woorden en vanuit onze woorden groeit het tot geloofs-daden!
De positieve wal van de waarheid
Vanuit dat geloof brengt God ons tot zijn Zoon en geeft Hij ons door Hem uitkomsten tegen de dood. Hij redt ons door Hem, niet alleen van de zonde, maar ook van de macht van de dood. Van nature werkt die in ons, in ons allen, want we stammen allen van Adam af (3). En zijn doel is: onze ondergang, over ons heersen en ons rukken uit de hand van God.
Maar Die wil dat we leven. En dat Jezus, het Leven, in ons te zien is. En dat we de hand, die Hij in Hem ons reikt, zullen beetpakken, bijvoorbeeld door zo’n tekst als hierboven in geloof uit te spreken.
Door dit te doen, werpen we met die woorden: Geprezen zij de Heer! Bij Hem ... zijn uitkomsten tegen de dood!’ de positieve wal van de waarheid op in ons denken en in alles wat er gebeurt. Een wal tegen de pogingen van de satan en de dood, om ons te bedriegen. We ‘omgorden onze lendenen met de waarheid’ (Efeziërs 6:14), maken zo de leugen ongedaan en behalen de overwinning op hen.
De glans van de eeuwigheid
‘Uitkomsten,’ zegt David - meervoud! God geeft uitkomst, niet alleen tegenover het sterven van ons lichaam. Ook niet alleen tegenover de dood van de eeuwige verlorenheid. Dat zeker! Maar de dood werkt nog meer kwaad bij ons uit. Ook daarin hebben we uitkomst nodig.
Uitkomst! Opdat niet langer onze ambities, onze ‘naam’, onze zelfingenomenheid, ons eigenbelang, kortom, onze hoogmoed en eigenwijsheid (4) de kans krijgen om onze gedachten, woorden en daden te beheersen. Want ook dat is de dood, de derde dood, de dood van de zelfhandhaving! Die is een gevaar voor het leven uit Hem, het nieuwe leven. Ook daartegenover hebben we uitkomst nodig.
Uitkomst! Zodat we van dat alles afstand nemen en de ander ‘uitnemender achten dan onszelf’ (5). Desnoods de minste willen zijn. Maar in elk geval het belang van de ander zoeken, die niet laten opdraaien voor onze fouten of deze verbergen door een valse voorstelling van zaken. En zodat we bereid zijn om onze handen uit te steken naar wie in nood is, ook als dit ons slecht uitkomt (6).
Uitkomst! Zodat in ons de nieuwe mens zichtbaar wordt die God in ons tot stand wil brengen. Die nieuwe schepping (7), die het leven uit Jezus leeft. Jezus, Die zelf ten behoeve van ‘de ander’ - van ons dus - leed en stierf en ons als nieuwe mensen laat opstaan in een nieuw leven (8). Dat leven waarin de glans van de eeuwigheid zichtbaar wordt!
Wie de Zoon heeft, heeft het leven; wie de Zoon van God niet heeft, heeft het leven niet! (1 Johannes 5:12).
Bij de HEER Heer zijn uitkomsten tegen de dood! (Psalm 68:21b).
Print hier uit ...
|
Uit de Bijbel:
(1) Efeziërs 2:4-6.
God echter .... heeft, om zijn grote liefde, waarmee Hij ons heeft liefgehad, ons ... mede levend gemaakt met Christus ... en ons mede een plaats gegeven in de hemelse gewesten, in Christus Jezus.
(2) Lucas 8:5.
Een zaaier ging uit om zijn zaad te zaaien...
(3) Genesis 2:16-17; 3:6.
... van de boom van de kennis van goed en kwaad, daarvan zul je niet eten, want op de dag, dat je daarvan eet, zul je voorzeker sterven (= sterven en in zijn macht vallen - AvdS). ... en hij at.
(4) Romeinen 12:17a.
Weest niet eigenwijs. ...
(5) Filippenzen 2:3.
... laat in ootmoedigheid de een de ander uitnemender achten dan zichzelf.
(6) Romeinen 12:9-21.
Laat de liefde ongeveinsd zijn. Weest afkerig van het kwade, gehecht aan het goede... (Lees deze belangrijke tekst over de nieuwe mens van God verder in de Bijbel).
(7) Galaten 6:15.
Want besneden zijn of niet besneden zijn (of welke andere wet ook - AvdS) betekent niets, maar of men een nieuwe schepping is.
(8) Romeinen 6:4.
Wij zijn dan met Hem begraven door de doop in de dood, opdat, zoals Christus uit de doden opgewekt is ... zo ook wij in nieuwheid van leven (= in een nieuw leven - AvdS) zouden wandelen.
|