God heeft een hart! Met verlangens, net als wij. Bijvoorbeeld naar liefde. Naar ónze liefde. Wij zien Hem als de grote, verheven God. Terecht! Want dat ís Hij, onmetelijk groot, vol macht en heerlijkheid. En vol genade! Maar Hij kent ook gevoelens, diepe gevoelens. Je kunt Hem zelfs boos of blij maken, of kwetsen.
Dat moet ons niet verbazen. Hij heeft ons immers ‘naar zijn beeld’ geschapen, dat is: naar hoe Híj is. Wij zijn bedoeld om een portret van Hem te zijn (1). Alleen, in die afbeelding kan veel stukgegaan zijn. Tijdens onze opvoeding bijvoorbeeld. Of zelfs daarvóór al. Of later, in de loop van ons leven.
Iets moois
Maar nog altijd heeft God ons zo bedoeld en daarnaar wil Hij ons terugbrengen. Want in dat ons-scheppen-naar-zijn-beeld ligt zijn grote verlangen naar iemand aan wie Hij zijn liefde kan geven (2). Die omgekeerd ook naar Hém verlangt en wiens hart open is om zijn liefde te ontvangen.
God verlangt naar mensen die voor Hem een open boek zijn en die Hij juist daarom kan respecteren. Want Hij dringt ons zijn liefde niet óp. Hij dwíngt ons ook niet om van Hem te houden. Integendeel, Hij verlangt ernaar, dat we echt van Hem houden, bewust die keuze maken.
Dat wij ons aan Hem geven, zoals een bruidegom en bruid dat aan elkaar doen. En dat er tussen Hem en ons iets moois ontstaat. Zoals beschreven in het prachtige bijbelboek Hooglied, dat een afspiegeling is van wat er in Gods hart is: zijn grote verlangen naar ons.
Liefdeseenheid
Is dat een verlangen naar mensen die geboden onderhouden? Nee, dat zou een verlangen zijn naar slaven of onvolwassen kinderen (3). Gods verlangen naar ons is een puur verlangen naar mensen die zíjn liefde ontdekt hebben en deze op een volwassen wijze beantwoorden (4). Die er bewust voor kiezen om Hem te zoeken, naar zijn stem te luisteren en Hem te gehoorzamen.
Om die keuze te volgen, maakt God ons vol van zijn Geest van liefde (5). Die zal ons nieuw maken (6) en losmaken van het verleden, van zonde en opgelopen beschadiging. Die zal ons sterk maken in die liefde, zodat die liefdeseenheid ontstaat waarover Jezus het heeft in Johannes 17 (7).
Wíj zijn het grote verlangen van Gods hart! Op dat verlangen kunnen we maar één ding doen: ‘Petrus, heb je Mij lief?’ ‘Ja, Heer, met heel mijn hart!’
Print deze boodschap hier uit ...
|
Uit de Bijbel:
(1) Genesis 1:26.
En God zei: Laat Ons mensen maken naar ons beeld, als onze gelijkenis, ...
(2) 1 Johannes 3:1.
Ziet, welk een liefde ons de Vader heeft gegeven, dat wij kinderen van God genoemd worden, ...
(3) Galaten 4:1-2.
... zolang de erfgenaam onmondig is, verschilt hij in niets van een slaaf, ... maar hij staat onder voogdij en toezicht (van de Wet - AvdS).
(4) 1 Johannes 4:19.
Wij hebben lief, omdat Hij ons eerst heeft liefgehad.
(5) 2 Timoteüs 1:7.
Want God heeft ons ... gegeven een Geest ... van kracht, van liefde en van bezonnenheid.
(6) Titus 3:4-6.
Maar toen de goedertierenheid en mensenliefde van onze Heiland (en) God verscheen, heeft Hij ... ons gered door het bad van de wedergeboorte en van de vernieuwing door de Heilige Geest, die Hij rijkelijk over ons heeft uitgestort ...
(7) Johannes 17:26.
... Ik heb hun uw naam bekend gemaakt en Ik zal hem bekend maken, opdat de liefde, waarmee U Mij liefgehad hebt, in hen zal zijn en Ik in hen.
|